FORTRAN: 1. FORTRAN

HANDLEIDING FORTRAN

HOOFDSTUK 1: FORTRAN


1.2 FORTRAN Statements

Een FORTRAN programma bestaat uit een aantal regels die de instructies of statements bevatten en die aan een bepaald formaat moeten voldoen (bij de bespreking van de verschillende statements wordt het formaat ook nog beschreven):

Spaties (of blanks) kunnen vrijelijk in statements tussengevoegd worden om de leesbaarheid van een programma (voor een mens) te vergroten.

FORTRAN statements zijn in de volgende vier typen onder te brengen:

  1. Declaratie statements
    Deze zijn bedoeld voor de compiler en vertellen of een variabele een scalaire grootheid of een array is. Verder wordt het type van de variabele (INTEGER, REAL, etc., zie later) gespecificeerd. Een deklaratie statement begint met minimaal 5 blanks (= spaties) en mag tot en met kolom 72 gevuld zijn. Een teken in kolom 6 geeft aan dat de regel een vervolgregel is. Een deklaratie bestaat uit een type gevolgd door één of meer variabelen, waarbij type en variabelen gescheiden worden door minstens één spatie en de variabelen onderling door een komma (met daaromheen eventueel een aantal spaties).
    Voorbeeld:
              1234567890123456789012345678901234567890
       
                    INTEGER INDEX, JAAP,
                   1        ISUB,JSUP,      ITEL, JTEL
                           DIMENSION ARR(100)
    
    Omdat in kolom 6 van de tweede regel een niet-blank staat (het cijfer 1), is de tweede regel een vervolgregel van de eerste. De derde regel deklareert een array (zie later). Merk op dat blanks in kolom 7 t/m 72 geen betekenis hebben, de compiler verwijdert ze.

  2. Executeerbare statements
    Executeerbare statements worden door de compiler in machine-instructies vertaald, om daarna uitgevoerd te worden door de computer (meer precies: door de Central Processing Unit, de CPU). Deze statements mogen voorafgegaan worden door een label in kolom 1 t/m 5. Een FORTRAN label is maximaal 5 cijfers lang en mag geen letters bevatten. Een teken in kolom 6 geeft ook hier aan dat de regel een vervolg is van de vorige. Het statement zelf staat in kolom 7 t/m 72.
    Voorbeeld:
              1234567890123456789012345678901234567890
    
                    ARR(93) = ARR(INDEX + JAAP*ITEL)
                    IF (ISUB .GT. 0 )
                   1      ITEL = ISUB + JSUB
                  1 JAAP = JAAP + 1
               123      ARR(94) = ARR(93)
    
    De eerste regel is een ``assignment statement''. Het kent aan het element 93 van de array ARR een waarde toe. De tweede regel is een ``if statement'' en de derde regel is een vervolg van de tweede. De vierde regel heeft een label (het cijfer 1), en de vijfde heeft als label 123.

  3. Format statements
    Deze zijn bedoeld voor dat deel van FORTRAN dat de I/O verzorgt. Zij specificeren het formaat van de variabelen, d.w.z. of het integers of reals zijn, hoeveel cijfers geschreven of gelezen moeten worden, enz. Een format statement begint altijd met een label (in kolom 1 t/m 5), dan het woord FORMAT gevolgd door de specificatie (zie later).
    Voorbeeld:
              123456789012345678901234567890123456789012345678901234567890
     
                600 FORMAT(' DIT IS EEN VOORBEELD VAN EEN FORMAT STATEMENT',
                   #         1D15.7,I4)
    

  4. Commentaar statements
    Deze zijn bedoeld voor mensen die het programma lezen. Zo kan met met behulp van tekst bedoeling en werkwijze van een programma duidelijk gemaakt worden. Daarnaast kan de structuur van een programma bijvoorbeeld aangegeven worden door op de juiste plaatsen lege regels tussen te voegen. In kolom 1 staat een ``C'' of een ``*'', kolommen 2 t/m 72 zijn vrij.
    Voorbeeld:
              CDIT IS COMMENTAAR
              *                                       EN   DIT OOK.
              C
              * GEBRUIK COMMENTAAR OM DE LEESBAARHEID VAN PROGRAMMA'S TE VERGROTEN.
    


Updated 30-jan-1996, pfk